Bake for Life is in 1999 opgericht door de echtgenotes van bakkers die zijn aangesloten bij Bake Five, een organisatie van 15 zelfstandige industriële bakkerijen in Nederland. De eerste Bake for Life-bakkerij werd in 2003 geopend in Ghana. Anno 2010 staan er 5 bakkerijen in Oeganda. Het opzetten en inrichten van een bakkerij in de derde wereld kost tussen de 100.000 en 150.000 euro. De kosten zijn afhankelijk van de grootte en de aanwezige infrastructuur.
Bake for Life geeft jonge gehandicapten in de derde wereld een kans. Zij doet dit door het bouwen van bakkerijen waar gehandicapten worden opgeleid tot bakker. Het aanleren van dit traditionele vakmanschap geeft deze mensen een eerlijk bestaan, zij verdienen een salaris en voorzien in hun eigen levensonderhoud. Alle Bake for Life bakkerijen worden gerund door lokale organisaties. Bake for Live gebruikt het vakmanschap als bakker om een bakkerij in de derde wereld succesvol op te zetten.
Op 23 oktober ontmoeten 14 ondernemers elkaar en vetrekken naar Entebbe. Er zal een heel programma worden afgewerkt met onder andere een aantal bedrijfsbezoeken. Wij komen terecht in een wereld vol tegenstellingen. Tijdens het vele reizen worden wij geconfronteerd met heel veel armoede. Wij zien heel veel mensen “hangen” bij de hutten waar ze in leven. Het gemiddeld inkomen van de Oegandees bedraagt circa 1.000 dollar per inwoner. Het meeste geld gaat echter naar de top. 90 % van de bevolking leeft in armoede. De hevige regenval van de laatste tijd heeft het plaatje er niet mooier op gemaakt. Overal modder, modder en nog meer modder. De bedrijfsbezoeken zijn leuk, maar geven ook de enorme tegenstellingen weer. Arbeid kost niets dus waarom zou je automatiseren? We worden teruggeplaatst in de tijd, hier doen mensen het werk. Werk laten verdampen is hier niet aan de orde. Het bezoek aan de bakkerij “Brood” in Kampala is leuk, deze bakkerij is door Johan Pater in samenwerking met een Oegandese partner opgezet. We krijgen een toelichting op het ondernemen in Oeganda. Je komt uitdagingen tegen die wij in Nederland niet kennen. In Nederland is het heel gewoon dat elektra, distributie, opleiding etc. goed zijn geregeld. Hier is dat niet zo… Toch loopt het bedrijf goed, de klanten zijn veelal buitenlanders en de welgestelden van Oeganda. Ik heb veel respect voor dit initiatief want Oeganda wordt er beter van, maar of er wat verdiend gaat worden valt nog te betwijfelen. Ons bezoek aan Pepsi Cola geeft een ander beeld: een volledig geautomatiseerde productielijn! Waarschijnlijk is dit een voorwaarde van de licentiegever in Amerika.
De volgende dag reizen wij naar Nkokonjeru waar wij onze intrek nemen bij de “Little Sister of St Francis”. Deze van oorsprong Amerikaanse Rooms Katholieke zustergemeenschap verricht veel ontwikkelingswerk in Afrika. Het werk is in het bijzonder gericht op jonge wezen en invaliden. Wij worden door de zusters heel hartelijk ontvangen en daarna snel aan het werk gezet. Wij gaan een pand schilderen, een hele uitdaging want het is dertig jaar geleden dat ik een kwast heb vastgehouden! De samenwerking is echter leuk en geeft verbinding. Wij maken tijdens ons werk kennis met de kinderen, de diverse werkplaatsen en de bakkerij. De bakkerij is een succes, er werken invaliden en jonge mensen en er blijft geld over om te investeren! Wij raken steeds meer onder de indruk van de “andere wereld”. Het is prachtig om te zien dat kinderen geholpen worden, maar we schrikken van de beperkte mogelijkheden die er zijn. Zo ontmoeten we een Duits meisje dat hier als verpleegkundige werkt. Ze kan moeilijk wennen en heeft weinig mogelijkheden om echt te helpen; er zijn vaak geen medicijnen en de hygiëne is slecht omdat er vaak geen water en closetpapier zijn. We zien zieke kinderen waarvan ik me afvraag of ze op dit moment nog in leven zijn… ’s Avonds eten wij met de zusters en worden bedankt voor het mooie schilderwerk. We hebben een prachtige avond met zang en spel van en met de kinderen. Wij slapen met 14 mannen in een huisje. De zusters hebben alles goed geregeld, maar er is vandaag echter geen water. Dat wordt lastig, vooral voor het toilet. De volgende dag, een ervaring rijker, wonen wij de mis bij die een grote indruk achterlaat. Wij worden toegezongen door de zusters, prachtige stemmen waar liefde uit spreekt! Zwaar onder de indruk nemen wij afscheid.
Ondernemers zijn gewend om problemen snel op te lossen, om door te pakken. Wij zien in dat het in Oeganda niet zo werkt. Er zijn (te) veel mensen, er is geen werk, er is geen geld en de leefomstandigheden zijn matig. Wij vertrekken met een gevoel van onmacht. De zusters doen goed werk, Bake for Life heeft prachtig geïnvesteerd. Echter, het blijft helaas een druppel op een gloeiende plaat…Het laatste deel van onze reis brengt ons naar de oorsprong van de Nijl. Prachtig om te zien hoe hier de basis ligt voor een rivier van 4.400 kilometer lang. Per seconde komt er 6.000 liter water uit de bron en dat geeft leven. We kunnen wat ontspannen, maar de indrukken van de afgelopen dagen blijven vers in onze herinnering. Wij zijn in het goede mandje terecht gekomen, maar beseffen dat veel te weinig. Op vrijdagavond laat vliegen wij terug naar Nederland, heerlijk om weer thuis te komen. Er is veel om over na te denken. Vanaf deze plaats bedank ik Ver(s)kenners en Johan Pater van Bake for Life: bedankt voor deze ervaring! Dankbaar thuis voor het goede leven, maar de herinnering doet wel pijn.
Piet Mars, Raad van Bestuur AFAS